Met de komst van het Aanvullend Zorg- en Welzijnsakkoord (AZWA) vragen gemeenten zich af of er opnieuw meer werk bij komt zonder voldoende middelen? Die zorg is begrijpelijk — zeker met de ervaringen uit 2015 nog vers in het geheugen — maar niet per se terecht. Mits het AZWA goed wordt begrepen én toegepast, biedt het juist kansen.
Terug naar 2015: decentralisatie met haken en ogen
In 2015 kregen gemeenten via de Jeugdwet, Wmo en Participatiewet de regie over een groot deel van het sociaal domein. Hoewel dit werd gepresenteerd als een kans voor lokaal maatwerk, ging het gepaard met forse bezuinigingen en beperkte voorbereidingstijd. Gemeenten moesten complexe taken uitvoeren met minder middelen. Het gevolg: versnippering, bureaucratie en lange wachtlijsten. De aandacht verschoof van maatschappelijke impact naar systeemdruk en verantwoording.
AZWA: een andere insteek
Tien jaar later is de aanpak anders. Het AZWA is geen overdracht van taken, maar een uitnodiging tot transformatie. Gemeenten worden niet alleen uitvoerders, maar regisseurs van gezondheid en welzijn. De focus ligt op samenwerking over domeinen heen, op preventie en op het versterken van basisvoorzieningen zoals vroegsignalering en integrale ondersteuning.
Hoewel de financiële dekking nog niet helder is, biedt het akkoord meer beleidsvrijheid en ruimte voor lokaal maatwerk. Gemeenten hoeven niet méér te doen, maar ánders. Door te sturen op maatschappelijke waarde in plaats van systeemdruk, kunnen middelen effectiever worden ingezet.
Wat zijn de kansen?
Wanneer gemeenten de bedoeling van het AZWA omarmen, ontstaan er concrete mogelijkheden:
- Meer regie: Gemeenten krijgen een centrale rol in het verbinden van zorg, welzijn, werk en wonen.
- Flexibiliteit voor maatwerk: Het akkoord biedt ruimte om lokaal invulling te geven aan basisvoorzieningen.
- Slimme samenwerking: Door goed af te stemmen met zorgverzekeraars, huisartsen en welzijnsorganisaties kunnen middelen worden gedeeld en dubbel werk worden voorkomen.
- Versterking van preventie: Investeren in gezondheid loont — ook financieel. Een preventieve aanpak leidt tot minder dure zorg op de lange termijn.
Van terughoudendheid naar beweging
De sleutel ligt in het loslaten van oude structuren en het omarmen van de bedoeling: passende zorg en ondersteuning, dichtbij en samen met de inwoner. Dat vraagt om bestuurlijke én ambtelijke lef, en om vertrouwen in het eigen vermogen van gemeenten om regie te voeren.
Kortom: waar de decentralisatie van 2015 vooral draaide om overdracht van taken en budgetten, biedt het AZWA een kans om het sociaal domein toekomstbestendig te maken. Wie blijft denken in termen van systeemdruk en geld, ziet vooral risico’s. Maar wie stuurt op impact en samenwerking, ziet vooral kansen. En een gezonde financiële basis? Die volgt dan vanzelf.
Meer weten?
Marcel Lemmen denkt graag met u mee. Neem contact op via de contactpagina om met hem in gesprek te gaan.